knobbelen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  knobbelen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • knob·be·len
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

knobbelen [2] [3]

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
knobbelen
knobbelde
geknobbeld
zwak -d volledig
  1. dobbelen met drie dobbelstenen
  2. gokken
  3. een gezelschapsspel dat zowel in verenigingsverband, in het café of in huiselijke kring kan worden gespeeld
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord knobbelen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
88 %van de Nederlanders;
79 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.