kraamkamer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kraamkamer    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • kraam·ka·mer
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kraamkamer kraamkamers
verkleinwoord kraamkamertje kraamkamertjes

Zelfstandig naamwoord

dekraamkamerv/m

  1. kamer waarin een kraamvrouw verblijft
  2. broedplaats
    • Het Rijksmuseum van Oudheden werd precies 200 jaar geleden opgericht als pronkkamer voor oude cultuurschatten. Het werd de kraamkamer van de Nederlandse archeologie.[1] 

Gangbaarheid

  • Het woord kraamkamer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.