kroonboszanger

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kroonboszanger    (hulp, bestand)
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • kroon·bos·zan·ger
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kroonboszanger kroonboszangers
verkleinwoord kroonboszangertje kroonboszangertjes

Zelfstandig naamwoord

dekroonboszangerm

  1. (zangvogels) Phylloscopus coronatus  een kleine zangvogel uit de familie van Phylloscopidae . De kroonboszanger lijkt sterk op de noordse boszanger,maar deze vogel is lichter groen van boven en heeft maar twee (onduidelijke) vleugelstrepen
Hyperoniemen
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord 'kroonboszanger' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.