kruisdak

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kruisdak    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • kruis·dak
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kruisdak kruisdaken
verkleinwoord kruisdakje kruisdakjes

Zelfstandig naamwoord

hetkruisdako [1]

  1. (bouwkunde) dakconstructie waarbij twee snijdende daken elkaar kruisen.
     De toren rees steil uit het midden van het 'kruisdak' met blinkende wijzerplaten, overal zichtbaar, naar elke hemelstreek éen en met zijn grijze klokjes en de doorzichtige 'appel', waar je de zee uitzag, de handelschepen varen en dan de haan in de wolken of in de blauwe lucht.[2]

Gangbaarheid

  • Het woord 'kruisdak' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.