kuisheid

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kuisheid    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • kuis·heid
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van kuis (stam van het werkwoord kuisen) met het achtervoegsel -heid
enkelvoud meervoud
naamwoord kuisheid -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

dekuisheidv

  1. reinheid, zindelijkheid, helderheid
  2. (figuurlijk) (seksualiteit) iemand die in seksueel opzicht kuis leeft, die geen zinnelijkheid en verzoeking kent, afkeer heeft van ongeoorloofde wellust; in ernstige gevallen ook maagdelijkheid
Antoniemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord kuisheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
96 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.