kukel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kukel    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈkykəl/
Woordafbreking
  • ku·kel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kukel kukels
verkleinwoord kukeltje kukeltjes

Zelfstandig naamwoord

dekukelm

  1. kus, zoen
Synoniemen
Schrijfwijzen
Afgeleide begrippen

Werkwoord

vervoeging van
kukelen

kukel

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kukelen
    • Ik kukel. 
  2. gebiedende wijs van kukelen
    • Kukel! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kukelen
    • Kukel je? 

Gangbaarheid

  • Het woord kukel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Den Boon C.A. en D. Geeraerts
    Van Dale Groot Woordenboek van de Nederlandse Taal (2005) 14e druk, Van Dale Lexicografie Utrecht/Antwerpen
  2. kukel op website: Etymologiebank.nl
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.