laar

Nederlands

Niet te verwarren met: -laar
Uitspraak
  • Geluid:  laar    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • laar
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘open plaats in het bos’ voor het eerst aangetroffen in 751 [1] [2] [3] [4]
enkelvoud meervoud
naamwoord laar laren
verkleinwoord laartje laartjes

Zelfstandig naamwoord

hetlaaro

  1. een open plek in een bos
    • Het laar was van bovenaf mooi te bezichtigen. 
Schrijfwijzen
  • lare
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord laar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
53 %van de Nederlanders;
62 %van de Vlamingen.[5]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.