laatvlieger

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  laatvlieger    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈlatfliɣər/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • laat·vlie·ger
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord laatvlieger laatvliegers
verkleinwoord laatvliegertje laatvliegertjes

Zelfstandig naamwoord

delaatvliegerm

  1. (vleermuizen) Eptesicus serotinus  een vleermuis uit de familie der gladneuzen (Vespertilionidae). Hij dankt zijn Nederlandse naam aan het feit dat hij later uitvliegt dan een andere grote vleermuissoort, de rosse vleermuis of vroegvlieger. De laatvlieger kan rabiës (ook wel hondsdolheid genoemd) hebben
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)

Gangbaarheid

  • Het woord 'laatvlieger' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.