lafaard

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  lafaard    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈlɑfart/
Woordafbreking
  • laf·aard
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van laf met het achtervoegsel -aard
enkelvoud meervoud
naamwoord lafaard lafaards
verkleinwoord lafaardje lafaardjes

Zelfstandig naamwoord

delafaardm

  1. iemand die door zijn angst wegvlucht uit gevaarlijke situaties
    • Die lafaard liet ons in de steek toen we hem het hardst nodig hadden. 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord lafaard staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.