leskist

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  leskist    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • les·kist
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord leskist leskisten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deleskistv/m

  1. kist met lesmaterialen over een bepaald onderwerp
     Voorafgaande de week deelde initiatiefnemer Stichting Zwaluwstaarten een speciaal ontwikkelde leskist met allerlei attributen uit aan elke deelnemende klas.[1]

Gangbaarheid

  • Het woord leskist staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
59 %van de Nederlanders;
33 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

  1. Weblink bron
    Jesse Seppenwoolde
    “Kinderen uit groep 7 maken kennis met techniek in Rijssen” (26 mrt. 2019), Tubantia
  2. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.