leverancier

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  leverancier    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • le·ve·ran·cier
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘die waren levert’ voor het eerst aangetroffen in 1640 [1]
  • afgeleid van leverantie met het achtervoegsel -ier [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord leverancier leveranciers
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

deleverancierm [3]

  1. (beroep) iemand die artikelen levert
  2. (bedrijfskunde) bedrijf dat artikelen levert
Hyponiemen


Afgeleide begrippen
  • leveranciersafhankelijkheid, leverancierscode, leveranciersdiscontokrediet, leverancierskeuze, leverancierskrediet, leveranciersmanagement, leveranciersnummer, leveranciersonafhankelijkheid, leveranciersoverleg, leveranciersselectie, leveranciersstandaard
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord leverancier staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.