levulose

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  levulose    (hulp, bestand)
  • IPA: /levyˈlozə/ (4 lettergrepen)
Woordafbreking
  • le·vu·lo·se
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord levulose
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

delevulosev/m

  1. (scheikunde) linksdraaiend D-fructose
     Een isomeer der glucose is de levulose; (…) \[3]
Schrijfwijzen
  • laevulose
Synoniemen
Antoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord 'levulose' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
12 %van de Nederlanders;
24 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. A. Gélis
    Untersuchungen über den Zucker, Emil Maximilian Dingler, Augsburg, in: Polytechnisches Journal, jrg. 1861 deel 162 nr. 22, p. 71 n. 17
  2. levulose op website: Etymologiebank.nl
  3. Weblink bron
    A.P. Franchimont
    “Leiddraad bij de studie van de koolstof en hare verbindingen” (1878), E.J. Brill, Leiden, p. 213
  4. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.