lichtrood

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  lichtrood    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈlɪxtrot/
Woordafbreking
  • licht·rood
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen lichtroodlichtroderlichtroodst
verbogen lichtrodelichtroderelichtroodste
partitief lichtroodslichtroders-

Bijvoeglijk naamwoord

lichtrood [1]

  1. rood met veel bijmenging van wit
    • 'Mijn tand viel er ineens uit.'Ik mocht naar het toilet. Veilig grondgebied. De witte wasbak kreeg een lichtrode gloed. Ik keek in de spiegel. Met mijn tong voelde ik het gat. Er lag een lange sliert, waarschijnlijk de wortel, over het tandvlees gedrapeerd. Pijn was onvermijdelijk, ik lachte het weg. Ik was de juf te slim af.[2] 
    • Met de stoelen heeft architect Hoogstad iets bijzonders bedacht. De zetels hebben diverse tinten rood. In het oorspronkelijke plan was het de bedoeling om al die tinten door elkaar in de zaal te plaatsen. Dat levert een mozaïek aan 'rode puzzelstukjes'op. Intussen is van dit plan afgezien. De stoelen lopen straks van donkerrood achterin de zaal naar lichtrood richting het podium.[3] 
Synoniemen
Hyponiemen
Anagrammen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord lichtrood staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.