luchtvaartindustrie
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: luchtvaartindustrie (hulp, bestand)
Woordafbreking
- lucht·vaart·in·dus·trie
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van luchtvaart zn en industrie zn [1]
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | luchtvaartindustrie | luchtvaartindustrieën |
| verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de luchtvaartindustrie v
- (luchtvaart) de ondernemingen die vliegtuigen ontwerpen en bouwen
- ▸ China heeft de komende twintig jaar maar liefst 98.000 piloten nodig. Volgens een berekening van vliegtuigfabrikant Boeing groeit de Chinese luchtvaartindustrie zo snel dat ze binnenkort de grootste luchtvaartindustrie ter wereld zullen zijn.[2]
- ▸ Op de vliegshow van Zhuhai, de belangrijkste van China, presenteert de luchtvaartindustrie nog een paar nieuwe toestellen zoals een transportvliegtuig, een bommenwerper en een gevechtshelikopter. Liefhebbers kijken vooral uit naar de presentatie van een nieuw watervliegtuig, het grootste ter wereld in zijn soort, onder meer bedoeld voor reddingsmissies op zee.[3]
Gangbaarheid
- Het woord luchtvaartindustrie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron “Vliegers gezocht: in China is er wel werk voor piloten” (Woensdag 2 november 2016, 12:05), NOS
- ↑ Weblink bron “Machtige Draak vliegt voor het eerst op Chinese luchtshow” (Dinsdag 1 november 2016, 12:18), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.