luiskop

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  luiskop    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • luis·kop
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord luiskop luiskoppen
verkleinwoord luiskopje luiskopjes

Zelfstandig naamwoord

deluiskopm

  1. iemand die veel luizen bij zich heeft
  2. (scheldwoord) vernederende term voor iemand in het algemeen; ellendeling
Synoniemen
  • luizenkop

Gangbaarheid

70 %van de Nederlanders;
68 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.