luiszak

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  luiszak    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • luis·zak
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord luiszak luiszakken
verkleinwoord luiszakje luiszakjes

Zelfstandig naamwoord

deluiszakm

  1. een smerig persoon
  2. gemeen persoon
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord 'luiszak' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
65 %van de Nederlanders;
60 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.