maïsakker

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  maïsakker    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈmɑɪsˌɑkər/
Woordafbreking
  • maïs·ak·ker, ma·is·ak·ker
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord maïsakker maïsakkers
verkleinwoord maïsakkertje maïsakkertjes

Zelfstandig naamwoord

hetmaïsakkero

  1. (landbouw) grond bestemd voor de teelt van maïs
Synoniemen
Hyperoniemen
  • maïsveld (een maïsveld is een maïsakker waar de maïsplanten zichtbaar zijn)

Gangbaarheid

  • Het woord maïsakker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.