maandsom
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: maandsom (hulp, bestand)
- IPA: / ˈmantsɔm / (2 lettergrepen)
Woordafbreking
- maand·som
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van maand zn en som zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | maandsom | maandsommen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de maandsom v / m
- alle hoeveelheden (regen) van een maand bij elkaar opgeteld
- Normaal valt er in het begin van deze maand zo’n 20 tot 25 millimeter regen, maar de afgelopen dagen gingen we daar dik overheen. Langs de Belgische grens viel lokaal wel 70 millimeter, bijna drie keer zoveel. "De normale maandsom voor maart is nu in slechts 8 dagen tijd in het zuiden gevallen", aldus Janssen. "De komende dagen is het vaak droog. Als er wat valt, stelt het niet veel voor." [1]
- De regen gooide dit weekend wat roet in het barbecue-eten. Er kwam een flinke bak water omlaag, die op een aantal plaatsen voor overlast zorgde. Afgelopen nacht regende het hard en viel er op uitgebreide schaal 25 tot 50 mm, waardoor de maandsom bijna overal boven het normale uitkwam. [2]
Gangbaarheid
- Het woord maandsom staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "maandsom" herkend door:
83 % | van de Nederlanders; |
91 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ Tubantia S. van Zwienen 9 maart 2017 Voorjaarsweer na kletsnatte periode
- ↑ Tubantia D. van der Heeden 30 april 2018 Lenteweer in aantocht, april ondanks koele week een van de zachtste ooit
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.