magazijnbediende

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  magazijnbediende    (hulp, bestand)
  • IPA: /maɣaˈzɛimbəˌdində/ (6 lettergrepen)
Woordafbreking
  • ma·ga·zijn·be·dien·de
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord magazijnbediende magazijnbedienden
magazijnbediendes
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

demagazijnbediendev/m

  1. (beroep) iemand die werkt in een magazijn
     Het afgelopen jaar bleek uit een serie onderzoeken van het Sociaal- en Cultureel Planbureau dat die tussenlaag, de burgerij in Nederland, de handdoek in de ring gooit. Hun werkgelegenheid verdwijnt: de medewerker salarisadministratie, de magazijnbediende, de verzekeringsadviseur, de medewerker klantenservice, de bankmedewerker, de technisch controleur, de archivaris.[1]
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord magazijnbediende staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Weblink bron
    Jutta Chorus
    “Het verraad van de middenklasse” (23 oktober 2015) op nrc.nl
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.