mig
IJslands
Uitspraak
- IPA: /mɪːɣ/
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
nominatief | ég | við |
accusatief | mig | okkur |
genitief | mín | okkar |
datief | mér | okkur |
Persoonlijk voornaamwoord
mig
- mij (accusatief van de eerste persoon enkelvoud)
Zweeds
Naar frequentie | 17 |
---|
Persoonlijk voornaamwoord
mig
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.