misleiden

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  misleiden    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • mis·lei·den
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
misleiden
misleidde
misleid
zwak -d volledig

Werkwoord

misleiden

  1. overgankelijk iemand ~ iemand in de waan van iets brengen
    • Zij misleidden daarmee de kiezers op grote schaal. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord misleiden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.