moeskop

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  moeskop    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈmuskɔp/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • moes·kop
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord moeskop moeskoppen
verkleinwoord moeskopje moeskopjes

Zelfstandig naamwoord

demoeskopm

  1. iemand die veel klaagt
  2. pronker, ijdeltuit
  3. iemand die onduidelijk spreekt
Synoniemen
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord 'moeskop' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
60 %van de Nederlanders;
57 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.