naïviteit

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  naïviteit    (hulp, bestand)
  • IPA: /naiviˈtɛit/ (4 lettergrepen)
Woordafbreking
  • na·i·vi·teit
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord naïviteit naïviteiten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

denaïviteitv

  1. het nog niet gevormd of beschadigd zijn door het leven en daardoor wereldvreemd
    • Wat we door de afwijzing van de televisie nog buiten de huiskamer probeerden te houden, hebben we via onder meer (ongefilterd!) internet en iPhone dubbel en dwars binnengehaald. Spreekt er uit deze ontwikkeling niet een groot stuk naïviteit? [2] 
    • Waarschijnlijk is het management, zonder dat Dotan het wist, uit naïviteit en enthousiasme met dat trollenleger begonnen. Ik vraag me af of Dotan dat in de gaten had. Hem kennende waarschijnlijk niet. [3] 
    • “De naïviteit over met wie je te maken hebt. Ook in Nederland hoor je mensen zeggen dat we toch afspraken met Poetin kunnen maken. Nou, die man heeft herhaaldelijk internationale afspraken aan zijn laars gelapt en politieke tegenstanders vermoord. Hij is van een totaal andere categorie dan wij gewend zijn.”[4] 
Synoniemen
Antoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord naïviteit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
95 %van de Vlamingen.[5]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.