naaldwerk

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  naaldwerk    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • naald·werk
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord naaldwerk naaldwerken
verkleinwoord naaldwerkje naaldwerkjes

Zelfstandig naamwoord

hetnaaldwerko [1]

  1. het werken met naald en draad en de producten van die arbeid
     Dochters van de Germaanse adel leerden niet veel meer dan wat naaldwerk en te paard met de jacht meegalopperen.[2]
     De intelligentsten hielden zich, in plaats van met borduren en met ander naaldwerk, in een aparte zaal bezig met het overschrijven van boeken, om ze langs deze weg te vermenigvuldigen.[2]
Verwante begrippen
Hyponiemen

Gangbaarheid

  • Het woord 'naaldwerk' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. 1 2
    Jan Valentijn Meininger
    “Vertoog over de liefde” (1987), Het Spectrum , ISBN 9027418063
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.