nageven

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  nageven    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • na·ge·ven
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
nageven
gaf na
nagegeven
klasse 5 volledig

Werkwoord

nageven

  1. later geven, erkennen
    • Mijn vrouw heeft natuurlijk achteraf weer eens helemaal gelijk gehad, dat moet ik haar wederom nageven. 

Gangbaarheid

  • Het woord nageven staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.