geven

Niet te verwarren met: gēven

Nederlands

naamwoord van handeling
zelfstandig bijvoeglijk
gevengevend
giftgegeven
gave-
Uitspraak
  • Geluid:  geven    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈɣevə(n)/ (2 lettergrepen)
    • (Noord-Nederland): /ˈχevə(n)/
    • (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /ˈɣevə(n)/
Woordafbreking
  • ge·ven
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
geven
gaf
gegeven
klasse 5 volledig

Werkwoord

geven

  1. overdragen van het bezit van iets aan iemand anders
  2. aanbieden
     Ik geef jullie een aantal ervaringen die ik heb meegemaakt op mijn eigen pad. Het zijn lessen die voor mij werken maar niet noodzakelijkerwijs voor jullie. Zie ze als suggesties, adviezen die je op verschillende momenten in je leven kunt raadplegen als een gids voor moeilijke en mooie momenten.[4]
  3. opleveren, veroorzaken, verschaffen
     Deze wakkerheid gaf me een autonoom gevoel.[4]
     Deze informatie was nog betrouwbaarder dan de soms wat verouderde opmerkingen in Guthook en gezamenlijk gaven ze voldoende informatie om met enigszins gerust hart de uitgedroogde woestijn in te trekken.[4]
Synoniemen
Antoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord geven staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[5]

Verwijzingen


Middelnederduits

Uitspraak
  • IPA: /ɣɪɛvən/
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Oudsaksische geƀan / gevan

Werkwoord

geven

  1. geven
Schrijfwijzen
  • gēven
Overerving en ontlening


Middelnederlands

Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Oudnederlandse gevan

Werkwoord

geven

  1. geven
Schrijfwijzen
  • gēven
  • gheven
Overerving en ontlening

Verwijzingen


    Nedersaksisch

    Woordherkomst en -opbouw
    • Afgeleid van het Oudsaksische geƀan / gevan, via het Middelnederduitse geven / gēven

    Werkwoord

    geven

    1. geven
    Schrijfwijzen
    • giewen
    • giëwen
    • gïewwen


    Oost-Fries

    Werkwoord

    geven

    1. geven
    Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.