nekspier

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  nekspier    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • nek·spier
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord nekspier nekspieren
verkleinwoord nekspiertje nekspiertjes

Zelfstandig naamwoord

denekspierv/m

  1. (anatomie) een van de spieren van de nek die vooral dienen om het hoofd op te heffen en te draaien om de lengteas
    • Als je de nekspieren verrekt, heb je een stijve nek. 
    • Na langdurig werken achter de computer kun je last krijgen van je nekspieren. 

Gangbaarheid

  • Het woord nekspier staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.