nonet

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  nonet    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • no·net
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Italiaans, in de betekenis van ‘muziekstuk voor negen instrumenten’ voor het eerst aangetroffen in 1860 [1]
  • Ontleend aan het Italiaanse nonetto
enkelvoud meervoud
naamwoord nonet nonetten
verkleinwoord nonetje nonetjes

Zelfstandig naamwoord

hetnoneto

  1. (muziek) een groep van negen muzikanten
  2. (muziek) een muziekstuk voor negen musici
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord nonet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
21 %van de Nederlanders;
22 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.