oeverloofslak
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: oeverloofslak (hulp, bestand)
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- oe·ver·loof·slak
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van oever zn en loofslak zn
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | oeverloofslak | oeverloofslakken |
| verkleinwoord | oeverloofslakje | oeverloofslakjes |
Zelfstandig naamwoord
de oeverloofslak v / m
- (buikpotigen) Pseudotrichia rubiginosa een slakkensoort uit de familie van de Hygromiidae . De wetenschappelijke naam van de soort werd in 1838 voor het eerst geldig gepubliceerd door Emil Adolf Rossmässler
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'oeverloofslak' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.