ommetje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  ommetje    (hulp, bestand)
  • IPA: /'ɔməcə/
Woordafbreking
  • om·me·tje
enkelvoud meervoud
naamwoord - -
verkleinwoord ommetje ommetjes

Zelfstandig naamwoord

hetommetjeo dim. tant.

  1. een kleine rondwandeling
    • Ik ga na het eten altijd even een ommetje maken. 
Vertalingen

Zelfstandig naamwoord

hetommetjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord om

Gangbaarheid

  • Het woord ommetje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.