ontvoerder

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  ontvoerder    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ont·voer·der
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord ontvoerder ontvoerders
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

deontvoerderm

  1. iemand die ontvoert
Verwante begrippen
  • mannelijke vorm van ontvoerster
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord ontvoerder staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.