opzeggingstermijn

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  opzeggingstermijn    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • op·zeg·gings·ter·mijn
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord opzeggingstermijn opzeggingstermijnen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deopzeggingstermijnm

  1. de tijd die zit tussen het opzeggen en het moment dat de afspraak ook echt stopt
    • Voor een krantenabonnement geldt een opzeggingstermijn van drie maanden. 
Synoniemen
  1. opzegtermijn

Gangbaarheid

  • Het woord opzeggingstermijn staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.