ozon

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  ozon    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ozon
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘een gas’ voor het eerst aangetroffen in 1855 [1]
  • [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord ozon -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

ozon o/m

  1. (scheikunde) een vorm van zuurstof met drie zuurstofatomen in plaats van twee dat wordt gebruikt om te oxideren en te desinfecteren
Afgeleide begrippen
  • ozonaantastend
  • ozonafbraak
  • ozonafbrekend
  • ozonapparaat
  • ozonarm
  • ozonblekerij
  • ozonproductie
  • ozonrijk
  • ozonsfeer
  • ozonvorming
  • ozonvriendelijk
  • ozonwasserij
  • ozonwater
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord ozon staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.