pedestal

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  pedestal    (hulp, bestand)
  • IPA: / ˌpedɛˈstɑl / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • pe·de·stal
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord pedestal pedestallen
pedestals
verkleinwoord pedestalletje pedestalletjes

Zelfstandig naamwoord

de pedestal m

  1. verhoging waarop iets of iemand staat om zichtbaar te zijn voor het publiek
    ▸ Tsjechië komt met een lied over zelfliefde en onafhankelijkheid. Aiko zingt Pedestal, ofwel voetstuk. De zangeres zet zich in voor gelijke rechten voor vrouwen in de muziekindustrie.[1]
    ▸ Zondagmiddag in San Benedetto del Tronto stond de nummer drie van het eindklassement van de Tirreno-Adriatico achter het podium een beetje voor zich uit te dromen. Hij leunde met zijn hoofd tegen het in allerijl opgetrokken pedestal, en staarde in de verte. Ieder moment kon hij gehuldigd worden als de derde van een van de belangrijkste etappekoersen van het jaar – de drie Grote Ronden uitgezonderd.[2]
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord pedestal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. ↑ Weblink bron “Tsjechië zet zichzelf op een voetstuk” (Donderdag 9 mei 2024), NOS
  2. ↑ Weblink bron “En Tao Geoghegan Hart denkt aan de plek om de volgende hoek” (13/03/2023), HP de Tijd

Engels

enkelvoud meervoud
pedestal pedestals

Zelfstandig naamwoord

pedestal

  1. pedestal, sokkel


Spaans

enkelvoud meervoud
pedestal pedestales

Zelfstandig naamwoord

pedestal m

  1. sokkel
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.