persbericht

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  persbericht    (hulp, bestand)
  • IPA: / ˈpɛrzbəˌrɪxt / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • pers·be·richt
Woordherkomst en -opbouw

samenstelling van  pers zn  en  bericht zn  [1]

enkelvoud meervoud
naamwoord persbericht persberichten
verkleinwoord persberichtje persberichtjes

Zelfstandig naamwoord

het persbericht o

  1. (media) schriftelijke verklaring om iets via de media bekend te maken
    • In het persbericht van het ministerie werd de kritiek tegengesproken. 
  2. (media) kort nieuwsartikel in een krant
    ▸ Blijkens een persbericht klagen veel (niet-Franse) buitenlandse toeristen erover dat de menu's in onze restaurants in het Frans zijn gesteld. Zij vragen zich af of Engels geen betere oplossing zou zijn.[2]
Synoniemen
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord persbericht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. ↑ Weblink bron Onverstaanbare menu's in: Onze Taal., jrg. 30 nr. 11 (november 1961), Genootschap Onze Taal, Den Haag, p. 60
  3. ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.