pleitrede
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: pleitrede (hulp, bestand)
Woordafbreking
- pleit·re·de
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van pleiten ww en rede zn [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | pleitrede | pleitredes |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de pleitrede v / m
- (juridisch) lezing door een advocaat, tijdens een rechtszaak, waarin hij de visie van zijn cliënt verwoordt
- ▸ Je geloofde er zelf heilig in, en dat geloof heeft je doorslaggevende pleitrede bezield.[2]
- een toespraak waarin de spreker een zaak verdedigt
- ▸ Althans, daarover zou het moeten gaan. Het is iets anders geworden: een mix tussen een bundel krantenstukken, een verzameling essays, een demonstratie kijk-mij-eens-recenseren, en een bevlogen pleitrede voor literatuur en haar besprekers.[3]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord pleitrede staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ “Advocaat van de Hanen” (1990), De Bezige Bij , ISBN 9789023479925
- ↑ Weblink bron Gert van de Wege“In de modder naar parels tasten” (17 april 2002), Reformatorisch Dagblad
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.