pr

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  pr    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • pr
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord pr
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deprv/m

  1. (afkorting) (initiaalwoord) het bevorderen van het wederzijds begrip tussen een organisatie en haar publiek
  2. in mindere mate: (afkorting) (initiaalwoord) postrekeningnummer
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord pr staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
83 %van de Nederlanders;
76 %van de Vlamingen.[1]

Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /pr/
Woordafbreking
  • pr

Partikel

pr

  1. ho; een uitroep die iets tot staan wil brengen, specifiek paarden
  2. hèhè; uitroep van bevrijding / opluchting
Schrijfwijzen
  • prr
Synoniemen
  1. ou, (algemeen) stop / halt / stůj / stát / počkat / pozor
Antoniemen
  1. hyjé
  2. hr

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.