privéagenda

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  privéagenda    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • pri·vé·agen·da
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord privéagenda privéagenda's
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deprivéagendav/m

  1. een verborgen lijstje met eigen plannen en wensen; verborgen agenda
    • De ambtenaar liet niets merken van zijn eigen privéagenda betreffende de toewijzing van een vergunning. 

Gangbaarheid

  • Het woord privéagenda staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.