privéhuis

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  privéhuis    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • pri·vé·huis
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord privéhuis privéhuizen
verkleinwoord privéhuisje privéhuisjes

Zelfstandig naamwoord

hetprivéhuiso

  1. een huis waar prostituees werken
    • Met echtgenoot Fons runt ze al bijna 30 jaar de antiek- en brocantewinkel op de kop van de straat, tegenover de leegstaande Club Romance. Ook die bloeit op: binnenkort heropent de zaak als Privéhuis Sandra. [1] 
    • Sinds de opheffing van het bordeelverbod in 2000 is prostitutie legaal, maar wel vergunningsplichtig. Sekswerkers die werken buiten het vergunde circuit lopen aanzienlijk meer risico op geweld. Massagesalons en hotelkamers zijn het onveiligst. Werken in een privéhuis of achter het raam is juist veiliger. [2] 
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord privéhuis staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
95 %van de Nederlanders;
95 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.