rameau

Frans

Woordherkomst en -opbouw
  • via Oudfrans ramel van Vulgair Latijn *ramellus, verkleinwoord van Latijn ramus (tak) [1]
Uitspraak
  • Geluid:  rameau    (hulp, bestand)
  • IPA: /ʁa.mo/
enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
  rameau     le rameau     rameaux     les rameaux  

Zelfstandig naamwoord

rameau m

  1. (plantkunde)  tak zn  [1], twijg
  2.  tak zn  [2]
  3.  tak zn  [3]
  4. (geologie)  arm zn  [6], [7]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.