regeringsambtenaar

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  regeringsambtenaar    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • re·ge·rings·amb·te·naar
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord regeringsambtenaar regeringsambtenaars
regeringsambtenaren
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deregeringsambtenaarm [1]

  1. persoon die in dienst is van de rijksoverheid en de regering bijstaat
     De jaarlijkse toespraak is veelbetekenend omdat die door Elizabeth zelf is geschreven, dus niet door een regeringsambtenaar. Dat doet Elizabeth al sinds 1952, traditiegetrouw in een uitbundig versierde ruimte met kerstboom, allerlei attributen en familiefoto's.[2]

Gangbaarheid

  • Het woord regeringsambtenaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Weblink bron “Queen houdt kersttoespraak, pers smult van items op de achtergrond” (dinsdag 25 december 2018, 17:48), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.