reisdagboek

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  reisdagboek    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • reis·dag·boek
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord reisdagboek reisdagboeken
verkleinwoord reisdagboekje reisdagboekjes

Zelfstandig naamwoord

hetreisdagboeko [1]

  1. boek dat bestaat uit een dagelijks reisverslag
     In zijn reisdagboek The MalayArchipe/ago beschrijft hij hoe hij een voormalige aardverschuiving, een padang batu (rotsveld), bereikte.[2]

Gangbaarheid

  • Het woord reisdagboek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.