rotstad

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  rotstad    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈrɔtstɑt/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • rot·stad
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord rotstad rotsteden
verkleinwoord rotstadje rotstadjes

Zelfstandig naamwoord

derotstadv/m

  1. heel vervelende, dichtbevolkte grote woonplaats
    • De hemel boven Rotterdam werd vanavond gesierd door een schitterende rode gloed. Het natuurverschijnsel werd door tientallen Rotterdammers vastgelegd en op sociale media gedeeld. "Rotterdam, de mooiste rotstad die er is", schrijft Jordy Roos bij zijn foto op Facebook. [1] 
    • Bij station Dordrecht stond de vrouw op. 'Woont u hier?' vroeg ik nog, maar ze schudde haar hoofd. 'Gelukkig niet. Rotstad. Maar wat moet ik? Ik ga chocola kopen. Dat is goed voor je hoofd.' Ze pakte haar tas en keek me aan. 'Nou, bel jij je moeder maar weer.' [2] 

Gangbaarheid

  • Het woord 'rotstad' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
76 %van de Nederlanders;
76 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.