rugleuning

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  rugleuning    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • rug·leu·ning
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord rugleuning rugleuningen
verkleinwoord rugleuninkje rugleuninkjes

Zelfstandig naamwoord

derugleuningv

  1. deel van een stoel of bank waartegen men de rug kan laten rusten
    • Een stoeltje zonder rugleuning noemt men meestal een krukje. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord rugleuning staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.