samedi

Frans

Uitspraak
  • Geluid:  samedi    (hulp, bestand)
  • IPA: /samˈdi/
Woordherkomst en -opbouw
  • Ontstaan uit het christelijk-Latijnse Sambati dies (zaterdag, sabbat).
enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
  samedi     le samedi     samedis     les samedis  

Zelfstandig naamwoord

samedi m

  1. zaterdag


Dagen in het Frans
lundi
maandag
mardi
dinsdag
mercredi
woensdag
jeudi
donderdag
vendredi
vrijdag
samedi
zaterdag
dimanche
zondag
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.