schenking

Nederlands

Uitspraak

Geluid: schenking (hulp, bestand)

Woordafbreking

schen·king

Woordherkomst en -opbouw

Naamwoord van handeling van schenken met het achtervoegsel -ing^[1]

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	schenking	schenkingen
verkleinwoord	schenkinkje	schenkinkjes

Zelfstandig naamwoord

de schenking v

het schenken
de materiële of immateriële zaken die worden geschonken

Verwante begrippen

cadeau, donatie, geschenk, gift

Afgeleide begrippen

schenkingsrecht

Vertalingen

1.

Engels: gift ^(en), present ^(en)

Spaans: obsequio ^(es) m, presente ^(es) m, regalo ^(es) m

Gangbaarheid

Het woord schenking staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "schenking" herkend door:

99 %	van de Nederlanders;
98 %	van de Vlamingen.^[2]

Meer informatie

Zie Wikipedia voor meer informatie.

Verwijzingen

↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.