schokbreker

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  schokbreker    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • schok·bre·ker
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord schokbreker schokbrekers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deschokbrekerm

  1. (techniek) apparaat dat de werking van een veer dempt
    • Samen met zijn maat uit Buurse gold de coureur die dit jaar nationaal crosskampioen in de Twinshock-klasse werd - "nostalgische motoren met dubbele schokbrekers, luchtgekoelde motor en ouderwetse trommelremmen" - als een van de grote kanshebbers. [3] 
  2. (figuurlijk) alles wat besluitvorming trager en stroperiger maakt
    • Door het referendum uit te roepen heeft voormalig premier David Cameron ­alle schokbrekers uitgeschakeld. Brexiteers konden bijgevolg op volle kracht vooruit, ongeremd door beoordelingen over de impact, analyses of trucjes die bedenktijd hadden toegestaan. [4] 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord schokbreker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
94 %van de Vlamingen.[5]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.