seizoenszege
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: seizoenszege (hulp, bestand)
Woordafbreking
- sei·zoens·ze·ge
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van seizoen zn en zege zn met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | seizoenszege | seizoenszeges |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de seizoenszege v / m
Gangbaarheid
- Het woord seizoenszege staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Jungels wint Luik-Bastenaken-Luik, 27ste seizoenszege QuickStep” (Zondag 22 april 2018, 16:55), NOS
- ↑ Weblink bron Louis Dekker“Iedereen hoopt dat Leclerc en Verstappen de Formule 1 opschudden” (Zondag 30 juni 2019, 10:18), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.