smoke

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  smoke    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • smo·ke
Woordherkomst en -opbouw
  •  smook ww  met de uitgang -e

Werkwoord

vervoeging van
smoken

smoke

  1. aanvoegende wijs van smoken

Gangbaarheid

  • Het woord smoke staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.


Engels

Uitspraak
  • Geluid:  smoke (VS)    (hulp, bestand)
  • IPA: /sməʊk/
vervoeging
onbepaalde wijs to  smoke 
he/she/it  smokes 
verleden tijd  smoked 
voltooid
deelwoord
 smoked 
onvoltooid
deelwoord
 smoking 
gebiedende wijs  smoke 

Werkwoord

smoke

  1. roken
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.