sparappel
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: sparappel (hulp, bestand)
Woordafbreking
- spar·ap·pel
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van spar zn en appel zn [1]
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | sparappel | sparappelen sparappels |
| verkleinwoord | sparappeltje | sparappeltjes |
Zelfstandig naamwoord
de sparappel m
- de houtige vrouwelijke vrucht met schubben van de spar
Synoniemen
- sparrenkegel
Verwante begrippen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord sparappel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "sparappel" herkend door:
| 69 % | van de Nederlanders; |
| 62 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.